Dit zijn ouders, opa’s, oma’s etc. die ons helpen bij de verschillende activiteiten die door school en/of OR zijn georganiseerd. De school en de OR doen regelmatig een beroep op hulpouders om ons te helpen bij activiteiten in en rond de school, of om ergens naar toe te gaan. Voorbeelden hiervan zijn hulp bij de Kerstviering, vervoer naar het theater, klusjes, verkeer, Koningsdag, bezoek aan het Grintenbosch etc. Wij zijn erg blij met deze hulp en realiseren ons dat wij zonder deze hulp veel zaken niet zouden kunnen organiseren.

Wij verwachten van hulpouders dat:

• Zij enthousiast zijn.
• Zij graag willen meehelpen voor alle kinderen van de school.
• Zij informatie krijgen van de organiserende teamleden of OR-leden over wat er van hun verwacht wordt; zij maken afspraken met elkaar en deze worden nagekomen.
• Als zij iets niet weten, zij dit navragen.
• Zij bij situaties waarbij zij het nodig achten, hun verantwoordelijkheid nemen en ingrijpen of de hulp inroepen van een mentor.
• Handelen vanuit goed ouderschap: zij gedragen zich verantwoordelijk, respectvol, authentiek en zoals zij ook thuis zouden handelen in vergelijkbare situaties.
• Borgen de veiligheid voor zichzelf en de anderen.

Bij het vervoer met de eigen auto zijn de richtlijnen:

Indien een ouder rijdt voor school en kinderen meeneemt, is de ouder verzekerd via de Collectieve Schadeverzekering Inzittenden van het schoolbestuur en hoeft deze hiervoor niet specifiek in het bezit te zijn van een eigen inzittendenverzekering. Ouders gebruiken altijd de autogordels en indien nodig een stoelverhoger, als kinderen voorin zitten. Dit geldt voor kinderen kleiner dan 1.35 meter. Voor het incidenteel vervoeren van andermans kind is het gebruik van een stoelverhoger op de achterbank niet verplicht. De ouder neemt op de terugweg dezelfde kinderen mee in de auto als op de heenweg, tenzij anders wordt afgesproken.